15 dagen na de diagnose
'Ben je bang?'
'Ja..'
'Wat vind je enger? De heenweg of de terugweg?'
'Allebei even eng... nee, dan toch de terugweg. Bij de heenweg zitten we in een draaikolk waarbij we alleen maar met de stroom mee kunnen zwemmen. Dat overkomt je gewoon. Bij de terugweg moet ik zelf zwemmen. Juist dan heb ik je het hardst nodig, en dan ben ik alleen.'
'Ja, dat is ook de reden dat je me dan nodig hebt hè?'
'Ben jij bang? Om dood te gaan?'
'Nee, niet om dood te gaan, wel om jullie achter te laten. Dit vind ik het ergst. Dat ik er dan niet ben om te helpen.'
'En ben je dan niet bang voor het einde? Het zo afhankelijk worden van zorg enzo?'
'Daar ga ik niet bij stilstaan, dan kan ik nu net zo goed depressief in een hoekje gaan liggen. Ik heb er geen zin in nee.'
'Hoe weet je nu wanneer je klaar bent voor euthanasie?'
'Als mijn motoriek slechter wordt dan die van jou!'
'Top, dankjewel!'
'Waar geloof jij eigenlijk in?'
'Uhmm, als ik realistisch ben, denk ik dat het na de dood wel klaar is. Dat wat je allemaal hebt gedaan en bereikt in je leven, je nalatenschap is. Dat je daar voortleeft. In wat je mensen hebt geleerd en waar je hebt geholpen. Dat onze zoon nu zegt: 'Heb ik vandaag al tegen je gezegd dat ik van je hou?' Dat is waar ik dan dus doorleef. Maar emotioneel gezien lijkt het me wel wat om daarboven een reünie te hebben.'
'Ik hoop dat je daar gelijk in krijgt.'